door Tirsa With
Beste Zwarte Piet,
Het is 29 oktober. Je bent nog niet aangekomen in het land. Je zwarte wangen, rode lippen en dat kleine randje witte huid om je blauwe ogen is nog niet op TV verschenen. Maar ik ben nu al moe van je.
November is nog niet begonnen, maar ik kan niet wachten tot het kerst is. Dit jaar vraag ik van de Sint.. of hij jou niet meeneemt. Want die lange zwarte nachten waarop jij over daken springt, zijn voor mij een tikje té lang. Niet zo lang als de blik in de ogen van het zwarte meisje in de tram nadat ze voor jou werd aangenomen. Een foutje. Een grap. Een koloniaal verleden verder, voordat zij weer met haar dag verder kan.
Beste Zwarte Piet. Er zijn nog geen demonstraties geweest om je terugkomst in een exodus te veranderen, maar er zijn volgens mij al wel wat mensen in elkaar geslagen. Ik weet ’t niet zeker, want ik zag het op Facebook, maar ik durfde het niet te openen.
Ik durfde het niet, al die jaren op mijn witte scholen zat ik daar, verscholen, achterin de klas. Toen was ik nog niet moe van het moeten vechten tegen jou. Ik wist niet eens, dat dat kon. Ik wist niet eens, dat dat mocht.
Nu durf ik niet toe te geven, dat ik ooit, met zwarte inkt op mijn gezicht, rode lippenstift maar zonder dat witte randje rondom mijn donkerbruine ogen de school ben rond gegaan. Net als mijn zus. Net als mijn broertje. Toen hij vorig jaar in groep 8 zat, liet ik het toe. Ik durfde niet. Ik wilde niet mijn, jouw, onze strijd strijden in zijn onschuldige gezicht. Soms wil ik gewoon doen alsof je er al niet meer bent.
Nu zou ik willen zeggen, dat ik niet meer bang ben. Dat ik het allemaal wél durf. Dat ik jou de deur durf te wijzen, zónder alsjeblieft te hoeven zeggen. Ik ruk de pepernoten uit je handschoenen, en gooi je in de zak terug naar Spanje. Geef dat Morenpak dan ook gelijk maar terug.
Dat zou ik willen zeggen. Maar in plaats daarvan is het 29 oktober. Je bent nog niet aangekomen in het land. Je zwarte wangen, rode lippen en dat kleine randje witte huid om je blauwe ogen is nog niet op TV verschenen. Maar ik ben nu al moe van je. Moe, omdat ik niet wil moeten vechten, protesteren, demonstreren tegen de personificatie van mijn tot slaaf gemaakte voorouders. Zwarte piet. Ik ben niet boos op jou. Ik ben boos omdat jij een onontkoombaar symptoom bent van het zieke systeem dat jou toelaat. "Voor de kinderen". Ik ben boos omdat dit zoveel groter is dan jij. Omdat ik me afvraag of dat meisje in de tram zich eigenlijk wel veiliger zal voelen als jij er niet meer bent.
Beste zwarte piet. Ik ben moe. Ik ben moe maar dat ben ik altijd al geweest. Ik ben moe en ik kan niet wachten tot jij nooit meer wakker wordt, maar... ik beloof dat ik niet zal stoppen met strijden, ook nadat jij weg bent.
Weinig liefs,
Tirsa